Naïef neoliberalisme

Zoals elders op deze site al is verduidelijkt, was het neoliberalisme van oorsprong een redelijke, uitgebalanceerde gedachte.

Maar na de zeventiger jaren werd het, in handen van politici, een karikatuur van zichzelf. Uitmondend in een regelrecht drama.

Ironisch genoeg werd de kiem voor dat drama al gelegd onder de regering Den Uyl (1973-1977). Niet door zijn sociaal-democratische kabinet, maar door de ‘vijfde macht’: een coalitie van zeer invloedrijke topambtenaren op Economie en Financiën.

Genoemde karikatuur bestond eruit dat:

(o ja: ‘t is fijn als je aan het eind van dit bericht een reactie achterlaat…)

  • Hier Reagan’s gedachte werd overgenomen dat de overheid weinig goed kon doen. Men meende dat het beter was om zoveel mogelijk zaken ‘op afstand’ van het openbaar bestuur te plaatsen.
  • Waarbij veelal de meest verregaande vorm van op afstand plaatsen de beste was: het privatiseren (vermarkten) van de hele activiteit.
  • Waarbij de rol van marktmeester nauwelijks invulling behoefde. ‘Laat de markt het maar regelen’. Zelfregulering was tot voor kort het veelgehoorde toverwoord.
  • Waarbij men zich nul rekenschap gaf van de criteria voor een functonerende markt. Wat overigens nog altijd speelt: recent nog bleken beleidsambtenaren op ministeries hierin geen enkel referentiekader te hebben. Dat zulke criteria niet heel moeilijk te bepalen zijn: zie je hier.

Het naïef-neoliberale misverstand was er deels op gebaseerd, dat je de overheid simpelweg met een bedrijf kon vergelijken. Wie er maar even over nadenkt, weet dat zoiets onzin is.

Bedrijven leven in een tamelijk eendimensionale werkelijkheid: ze worden eenvoudig gemanaged op ‘the bottom line’, het meetbare financiële resultaat. Al het andere is er dienstbaar aan.

De overheid daarentegen heeft een veel complexere taakstelling, waarin meerdere doelen met elkaar in balans moeten worden gehouden. (een goede bron hiervoor is Henri Mintzberg)

Hoe het ook zij, decennia lang is met grote voortvarendheid gewerkt aan het afbreken van ons openbaar bestuur:

Zaken die zich daarvoor niet of hooguit deels lenen (thuis- en gezondheidszorg, postbezorging, kinderopvang, openbaar vervoer), werden ‘naar de markt gebracht’.

Daarbij werd ook het eigenaarschap vogelvrij verklaard. Zo kon bijvoorbeeld kinderopvang in handen van ‘sprinkhanen’ vallen.

Vanuit de illusie van zelfregulering werd toezicht uitgekleed. Wezenlijke inspecties (gezondheidszorg, voedsel, privacy, arbeid, etc.) werden budgettair op rantsoen gezet.

Pas nu, vlak voor de verkiezingen, is daarin breed in de politieke plannen een kentering te bespeuren.

2 reacties op “Naïef neoliberalisme

    1. Ja, ik ken zijn gedachtengoed. Liep hem al heel wat malen tegen het lijf, sinds toevallige(?) wederzijdse bemoeienis met de Financiele Crisis en het pleisters plakken in die sector. Ewald is beslist deskundig (ouderwets-degelijk, namelijk vanuit de aard van zijn vakgebied). Ook sociaal bewogen. Verbonden aan de Groene en gelieerd aan de SP.
      Een van de weinigen rondom de politieke arena die kan rekenen (!) en die nog wel eens vanuit harde feiten redeneert. Niettemin duidelijk stelling nemend, in dit boek. Hadden we er zo maar meer in politiek en media. Als bron zeker aanbevolen.

Laat een antwoord achter aan admin Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *